Eclectogram 43


Beste puzzelvrienden,

Dank voor jullie inspanningen om deze klus te klaren. Ondanks de volgens velen hoge moeilijkheidsgraad kwam er een redelijk aantal inzendingen binnen en werden er weinig fouten gemaakt. Ik zag alleen hier en daar sade in plaats van sado en Nike in plaats van nixe. In dat lastige hoekje rechtsonder werd ook ons Heer niet door iedereen gevonden.

Voor de volledigheid geef ik nog eens de omschrijvingen, gevolgd door de oplossingen en de wellicht nodige uitleg:

Horizontaal

1. Artistiek begrip: VOORSTELLINGSVERMOGEN – (zich) een voorstelling van iets kunnen maken
11. Deze peulvrucht geeft de grens van gevoeligheid aan: ERWT – verwijzing naar ‘De prinses op de erwt’, een sprookje van Andersen.
12. Antoniem van koopdrift: BEZUINIGINGSWOEDE
13. Dubbele tijdsaanduiding om precies te zijn: SECUUR – sec. (seconde) + uur
14. Uit de kunst: ONNATUURLIJK
15. Een halve koek om lang op te kauwen: TAAI – taaitaai
16. Een boodschappenlijstje kan hiervoor dienen: INKOOPORGANISATIE
19. Lage cijfers, al zit er een dubbele plus in: ENEN – 1111…; + +
20. Klaproos van duizend gulden: RODE – gewestelijke benaming van deze bloem; in de volkstaal een (rode) rug: biljet van duizend gulden
21. Daartoe word je geprikkeld of geprikt: IMMUUNREACTIE
24. Uitermate fijn, maar allerminst mager: VETST – vet in de oude en moderne betekenis
25. Duidelijk volkse taal: DIETS – Diets betekent eigenlijk ‘van het volk’; Diets is ook Nederlands; je kunt ook iemand iets ‘diets’ of duidelijk maken.
26. Volgt op angstverwekkend: ONRUSTBAREND – op verwekken kan baren volgen; angst en onrust zijn min of meer synoniem.
28. Samen wachten: BEIDEN – alle twee; wachten (in literaire taal)
29. Diamant in de vorm van een kapotte bloem: STUKROOS – roosdiamant met een zeker aantal facetten geslepen, volgens Van Dale.
30. Rijtuigje met een rijzweepje: SADO – dos-à-dos (tweewielig rijtuigje); term uit de sm-wereld; verkorting van sadique (sadistisch), wat afgeleid is van (de Marquis de) Sade.
31. Wint het van de zilverreiger: GOUDVINK
32. Flinke jongen: KOEN
34. Feestelijk diner: AVONDMAALSVIERING
35. Vaart langs de hemel: KIEL – (deel van een) schip; sterrenbeeld op het zuidelijk halfrond
36. Antoniem van satijn: STRO – verwijzing naar de uitdrukkingen ‘op stro zitten’ (= gebrek lijden) en ‘op satijn zitten’ (= in weelde leven)
38. Daar kom je niet uit of door: IMPASSE
41. + H20 + V33. Zitten daar socialisten? HET RODE DORP - gevangenis
42. Romeinse uitgang: EXITUS
43. Buitengewoon beschaafd, zo’n kabinet: EXTRPARLEMENTAIR – denk aan ‘parlementair taalgebruik’
46. Geest van een bepaalde generatie: NIXE – watergeest uit de Germaanse mythologie; woordspeling op ‘generatie nix’ uit de jaren negentig.
47. Eencellig en eenkennig organisme? KLUIZENAARSKREEFT – een kluizenaar leefde in afzondering, in een cel of een andere kleine ruimte.
48. Goed verzekerde slee: AR – ar = slee; AR = all-risk

Verticaal

1. Op versplintering gericht beleid: VERDEEL-EN-HEERSPOLITIEK
2. Schrijft over de naakte waarheid: ONTHULLINGSJOURNALISTIEK
3. Past (niet) bij een poloshirt: SKIBROEK
4. Brullende kwajongen: LEEUWAAP
5. Inwoner van de Dominicaanse Republiek: NASIBURGER – na (de noot) si komt do; do is de landcode van de Dominicaanse Republiek.
6. Stoplicht op het spoor: SLUITLANTAARN
7. Uitzonderlijk fijn: ENIG
8. ... dus niet zonder vlees: METWORST
9. Zorgt voor schone kerkbanken: GEMEENTEREINIGINGSDIENST
10. Eenmalig? Nee, juist heel vaak: NEGEN VAN DE TIEN KEER
17. Biotoop van uilen: OLMENBOS – verwijzing naar het liedje ‘De uil zat in de olmen’.
18. Groeit onder een duivelsboom: SATANSBOLEET
22. Zou je over een T-shirt kunnen dragen: U-BUIS – een buis is ook een kledingstuk: een kort jasje
23. Onbruikbaar: N.V.T. – niet van toepassing
27. Pak(kende verhalen misschien): BUNDEL
28. Slinks sproeiertje: BEDRIEGERTJE
30. Laat die schop! SPADE – oud woord (misschien verwant aan het Latijnse spatium) voor laat, langzaam; schop, schep.
33. Plaats van een druppel zoetigheid: DORP – anagram van drop (in twee betekenissen)
37. Van hogere waarde dan een mariabiscuitje: ONS HEER – benaming van de heilige hostie; Heer is God.
39. Dichterlijke eenheid: STROFE
40. Griekse letter die lijkt te dansen: LAMBDA – elfde letter van het Griekse alfabet; woordspeling op de lambada (Zuid-Amerikaanse dans).
41. Staat voor Jan Joker: HANNES – ook een sul
44. Oosterse geest die rondwaart: PERI – gevleugelde geest in het Perzisch volksgeloof; voorvoegsel uit het Grieks, dat ‘om, rond’ betekent.
45. Boogschuttertje: AMOR – liefdesgod, vaak afgebeeld als een mollig jongetje met pijl en boog

Rest mij de schone taak de prijswinnaars te noemen. De boekenbon van € 17,50 is gewonnen door Simen Hoving uit Santpoort-Zuid. De bon van € 12,50 is voor Paul Kuiper uit Hengelo en het boek – Fantastische Kunst, passend bij H1 – zal ik sturen naar Diny Tinge in Elburg.

Graag tot de volgende keer,

Nannie