Frans Duogram 13


Beste puzzelvrienden,
Dank voor jullie inspanningen om deze pittige puzzel op te lossen. Dank ook voor de overwegend positieve commentaren waarvan de inzendingen vergezeld gingen. De kritische noten zal ik ter harte nemen. Zo waren de omschrijvingen van H30, V2 en V4 te summier.

Hieronder geef ik de omschrijvingen nog eens met daarachter de oplossingen en de nodige uitleg.

Horizontaal

1. Ding met een dubbele bodem: TRUC – NL: handigheid, foefje; F: ding (familiair)
3. Afgezakt kledingstuk: BAS – NL: lage stem: F: laag; sok
5. En ook geen edelmetaal: NI – symbool voor Nikkel; F: noch
6. Nee zuster: NON – NL: kloosterzuster; F: nee
7. Ter bevestiging moet je die zien te vinden: CLOU – NL: voornaamste gegeven; de clou van een verhaal bv.; F: spijker
10. Zit om een deel van het serviesgoed: BORD – NL: etensbord bv.; F: rand
12. Hij handelt niet fijnzinnig: GROSSIER – NL: groothandelaar; F: ruw, grof, onbeschaafd
13. Nog eens: niet wit, maar ook niet echt bruin: BIS – NL: nog een keer; F: grijsachtig bruin; du pain bis zit tussen wit en bruin brood in.
15. Ga maar gelijk weg: QUITTE – NL: quitte spelen = niet winnen en ook niet verliezen; F: bevelende wijs van quitter = verlaten
17. Keurig vistuig: NET – NL: zowel keurig als vistuig; F: precies, keurig
19. Heb je die lijst zien liggen? APERÇU – NL: overzicht; F: voltooid deelwoord van apercevoir = waarnemen
20. Men slaat er ook balletjes mee: BAT – NL: slagplankje bij tafeltennis; F: battre = slaan; on bat = men slaat
21. Het seizoen is voorbij (F-F): ÉTÉ – l’été = de zomer; été = geweest (voltooid deelwoord van être)
23. Mmm, mmm? Of helemaal niet lekker als toetje? BABA – NL: ba = uitroep van afkeer (2x); F: baba = een cakeje; baba au rhum is een klassiek nagerecht.
26. Dat de ondergroei in vuur en vlam raakt... BRANDE – NL: aanvoegende wijs van branden; F: verzamelnaam van wat er onder de bomen in het bos groeit, doornstruiken, varens enz.
27. Daarna kun je de stukken daarin terugzetten: REMISE – NL: onbesliste partij bij een bordspel; overdekte ruimte voor trams en treinstellen bv. F: (het) terugplaatsen
28. Er is durf voor nodig om steil af te dalen: APLOMB – NL: doortastendheid, zelfvertrouwen; F: à plomb = loodrecht (letterlijk ‘met het schietlood).
30. Snel genoeg: RAS – NL: snel; F: kort afgesneden; en avoir ras le bol = er schoon genoeg van hebben.
31. Mooi, dat grasland in Canada! BEAUPRÉ – plaats in Québec waarvan de naam is samengesteld uit beau (mooi) en pré (weide).
32. Overdaad is niet in de haak: LUXE – NL: iets wat niet echt noodzakelijk is; F: luxé = ontwricht; le coude luxé = de elleboog uit de kom
34. Dik of dun doek: VOILE – NL: gazen doek (aan een dameshoed bv.); F: zeil
38. Klassieke voornaam (F-F): ROMAIN – voornaam (van de schrijver Rolland bv.); romain = Romeins
39. Vliegt daar echt iets? MIRAGE – luchtspiegeling; naam van een straaljager
41. Ga toch weg met die barrels! VATEN – NL: tonnen; F: va-t’en = ga weg (bevelende wijs van s’en aller = weggaan)
43. Theater dat even lang als breed is: CARRÉ – bekend theater in Amsterdam; F: carré = vierkant
45. Uitgestippelde weg: ROUTE – NL: de te volgen weg; F: weg
46. Haar dat minder veerkrachtig is, mag je wel zo behandelen: BROSSER – NL: breekbaarder; F: borstelen
47. In welke richting moet ik die plaats zoeken? In Bourgondië , naar mijn gevoel: SENS – stad in het departement Yonne, in het noordwesten van Bourgondië; sens = richting; betekenis; zintuig; gevoel

Verticaal

1. Scheutje als bijverschijnsel: TIC – NL en F: ongecontroleerde beweging; in NL ook een scheutje alcohol in een drankje.
2. Omslag naar bewolkt weer: COUVERT – NL: briefomslag, enveloppe; F: bedekt (voltooid deelwoord van couvrir); un ciel couvert = een bewolkte hemel
3. Blaadje tegen de pijn? BOBO – NL: naam van een tijdschrift voor jonge kinderen; F: pijn, wondje (kindertaal)
4. Geurige stad in een buurland: COLOGNE – NL: geurige vloeistof; F: Keulen
8. Klassieke muziek? LATIN – NL: muziekgenre; F: Latijn(s)
9. Plaat(sen): POSTER: NL: affiche; F: op de post doen; op het internet plaatsen
10. "Twee keer dat?" vroeg de ober: BISQUE – rebusje: bis (nog eens) + que (=dat) = bisque (kreeftensoep)
11. Strikte leefwijze van staatswege: REGIME – NL en F: bestuur, beleid; dieet
13. Dieprode stad: BORDEAUX – stad in Frankrijk, waarvan de naam ook een kleur is.
14. Kom, kom - niet zo kinderachtig, lady! GAGA – net als bij H23 zat er een tegenstelling in de omschrijving: ga, ga i.p.v. kom, kom; bovendien verwijst lady naar Gaga; F: kinds, seniel
16. Omhulsel van van alles of niets: TUBE – NL en F: band of buis; er kan van alles in zitten: aspirine, tandpasta, verf enz. of niets (lucht) als het om een fietsband gaat.
18. Maakt rondjes in het voorbijgaan: PASSER – NL: instrument om cirkels te tekenen; F: voorbijgaan
22. Aha! TROUVAILLE – NL en F: inval, vondst
24. Van uitrusten word je niet rijker: ARMER – F: bewapenen
25. Verbeelding van genegenheid: AMOUR – NL en F: liefde en in het Frans ook de mythologische personificatie ervan als Amor of Cupido, weergegeven als een kind met pijl en boog.
26. Speurt behalve in het Kanaal ook in de Dordogne? BERGERAC – detectiveserie die zich afspeelde op het eiland Jersey; stad in Frankrijk.
29. Die klip is bijzonder gevaarlijk: BRISANT – NL en F: explosief, ontbrandbaar; in het Frans ook (als zelfstandig naamwoord) een klip waar de golven zich op breken.
33. Die schoolregel geldt voor alles: UNIVERS – rebusje: uni (hogeschool) en vers(regel) vormen samen het Franse woord voor heelal.
35. Zal hoog opgeleid zijn? ELEVE – NL en F: leerling (elève; élève); in het Frans ook hoog, verheven (élevé).
36. Brabants water met een nare bijsmaak: AMER – rivier in Noord-Brabant; F: bitter
37. Regionale dichter (F-F): BRETON – André Breton (1896-1966), dichter die tot het surrealisme wordt gerekend; breton betekent ‘uit Bretagne’.
40. Met dit druilerige weer is het handig ze erbij te hebben: PLUS – NL: plus en (para)plu’s; F: en, meer, erbij (en plus = ook nog).
42. Die naam is van mij, zei zij: MIEN – NL: meisjesnaam; F: le mien = de mijne
44. Hoge noot in de boekdrukkunst: AIS – verhoogde a; F: plankje dat wordt gebruikt bij het binden van een boek.
46. Heb je daarom de helft van H23 laten staan? Goed gedaan! BA – NL: niet lekker; F: B.A. = Bonne Action ( vaak ironisch bedoeld).
Rest mij de schone taak de prijswinnaars te noemen. De e-card van € 17,50 is gewonnen door Fred Rypkema uit Queensland (Australië) en die van € 12,50 gaat naar Gemma Willems & Lex van Zimmeren uit Babyloniënbroek. Het boek – Asterix en de Griffioen – zal ik sturen naar Laurens Terhorst in Arnhem.

Graag tot een volgende keer,

Nannie