Sintogram 2007


Sintogram 2007

Oplossingen
U weet, het ligt niet in mijn aard om tegen u te klagen
Maar toch, het valt niet mee om als de Sint je lot te dragen
Wanneer ik met twee pieten of Amerigo de dagen H27 (9)
Van november en december voorbereid
H27: vierbenig

Ik vraag u: zou de kerstman in dit land ten lange leste
Met zijn stopwoordjes mijn feestje gaan verdringen en verpesten? H1 (2+2+2)
Hij werkt mij met zijn opmars toch behoorlijk in de nesten
Dus vandaar dat ik verzucht: waar blijft de tijd?
H1: ho! ho! ho!

De tijd waarin een kleinkind met zijn grootmoeder ging sleeën H34 (5)
In de winter, niet verslaafd aan al die troep op de TV en
ook ikzelf nog niet belachen werd in valentijnsideeën H30 + V28 (5+2+6)
Of verlang ik nu te veel van deze eeuw?
H34: aroma (ar-oma)

H30+V28: Alles is liefde (succesfilm over Sinterklaas)
Want de jeugd is toch gevangen in de lokroep van het leven V11 (3+3+4+2+2)
Waar ze vragen wat ze willen, en waar wij die dingen geven?
Een pop? Een bonte harlekijn? Dan klinkt er: kom nou even!
En maar moeizaam onderdrukt het kind een geeuw V24 (4)
V11: kom ook eens bij mij
V24: taai

Was je vroeger al tevreden met een lettertje van boter
Nu heeft men een letterlijst, want het moet beter, meer en groter H12 (3)
Een pepernoot is niet genoeg, ze willen pepernoter
Maar ik kom niet naar een kind dat daarmee rijmt! V33 (5)
H12: abc
V33: koter (een kind dat rijmt op boter, groter en pepernoter)

Want ik ben niet met een letter op mijn schip naar hier gevaren V7 (3)
Om vervolgens te vernemen dat een kind begint te maren
Omdat zuiver chocolade geen verlangen kan bedaren! H9 (4)
Nee, daar krijg je mij nu niet meer voor gelijmd V6 (5)
V7: dek [de k] (Ik heb vee niet fout gerekend.)
H9: puur
V6: mijter (Volgens Van Dale is een mijter een ontevreden, knorrig persoon,
Wat precies past bij Sints gevoel in die regel.)

Maar voor ik zelfs Amerigo vermanend sta te voeren V32+V22 (5+5)
Wordt het tijd dat ik die scherpe kant aan mij begin te snoeren H26 (5)
Want natuurlijk, het is prachtig om door Nederland te toeren
Dus vergeef me de frustraties die ik had
V32+V22: haver geven
H26: baard (Een baard is de scherpe kant van een bijl.)

Want ik hoef de scherpe klanken van een kindstem maar te horen H8 (10)
Als het zingt hoe luchten stromen en de kamermuur doorboren V3 (4+2+4+5+5+2+4)
Om te weten: ik ben stellig voor dit leven uitverkoren V19 (6)
En ik kan gelukkig, met mijn knecht, op pad H20 (4)
H8: pepernoten
V3: hier in huis zelfs waait de wind
V19: heilig (Stellig is heilig, volgens Van Dale.)
H20: piet (Piet is een ander woord voor geluk.)

Hartverwarmend om te zien hoe vele ouders in de keuken
Met hun kroost het huis voorzien van ongelofelijke reuken
En daarna de pannen poetsen en de kinderschoen opleuken H16 (16)
Met een stuk oranje rauwkost voor mijn ros V15 (4)
H16: dakwerkzaamheden (Bakwerkzaamheden niet fout gerekend.)
V15: peen (Inderdaad weinig cryptisch.)

Die maakt voor dat gebaar uit dankbaarheid een extra trappel
Trouwens, kijk wel uit met zoetigheid, eet ook een keer een appel H21 (9)
Maak u, naast het suikergoed, ook om uw lijn een beetje sappel H36 (9)
Met die vulling zijn uw tanden straks de klos! V18 (4)
H21: snoepgoed [snoep goed]
H36: marsepein (...Suikergoed en marsepein...zo zingt het liedje)
V18: spijs

U weet ook niet hoe blij ik ben met al die brave Pieten
Die bij u en al uw buren de cadeaus naar binnen lieten
De kinderbijbel, fotolijstjes, puzzels en vergieten V2+V14+V13 (3+5+4)
En nooit is er een Piet die klaagt: het wringt!
V2+V14+V13: het grote boek

En mocht er onverhoopt een pakje niet geslaagd zijn, bellen H17 (11)
Ze me op om dit in geuren en in kleuren te vertellen
Om vervolgens verder tussen alle daken voort te snellen
(Wist u dat Piet bij een dakrand dat stuk springt?) V31 (5)
H17: zaktelefoon
V31: paard (Spingend schaakstuk.)

Ik heb er twee die blindelings de weerstoestand bepalen V1 (4+2+4+5+4+2+5)
en twee die in de keuken zich bemoeien met vermalen
en een ongewenst ingrediënt uit pepernoten halen H37 (4)
en geeneen klaagt steen en been of werkt alleen H5 (3)
V1: hoor de wind waait door de bomen
H37: roet (Roet in het eten.)
H5: rijm (Voor rijm geldt: geeneen werkt alleen. Bovendien zaten er vijf rijmklanken in
deze zin. Rib kan eventueel als alternatief voor been, maar mensen die rib invulden,
hadden ook boter, wat ik niet goed gerekend heb.)

Behalve dan de chocopiet die zorgdraagt voor het binden H4 (6)
Van de chocoladesaus – zwaaiend met de scepter in de H35 (8)
Ronde, afgeladen pannen om een laatste klont te vinden H25 (3)
Heeft hij meestal slechts de stilte om hem heen
H4: roetje (Hier heb ik alles goedgekeurd. Zie nawoord.)
H35: stafwerk (Met de scepter zwaaien is stafwerk.)
H25: vol (Rond en afgeladen zijn twee synoniemen van vol.)

Twee anderen bevinden zich voortdurend op de straten
Met een kar vol pepernoot en suikererwten, om de gaten H23 (11)
In de voorraad aan te vullen van de pieten die ten bate
Van de kinderen het dak op zijn gegaan
H23: strooiwagen

Zo komt het dat het avondje mij elk jaar kan believen
En gebezigd wordt met een der masculiene adjectieven H32 (7)
Om daarmee te illustreren dat het niemand kan ontrieven
Dat de Sint en al zijn pieten nog bestaan
H32: heerlijk [heer-lijk]

Enfin, het wordt nu tijd dat ik mijn rede ga besluiten
Want sinds ik hieraan ben begonnen kwam ik niet meer buiten H10 (4)
Niet dat ik zo benauwd ben dat mijn pieten plots gaan muiten
Maar ik wil ook zelf op pad, in straat en laan
H10: sint (Ik ben Sint, en sint is een oude vorm van sinds.)

En of ik nu als sluitstuk naar Den Haag of Zierikzee moet
Of naar een huis met lastig dak, zodat de klimpiet mee moet
De laatste straat vervult mij ieder jaar opnieuw met weemoed
En daar breng ik dan Amerigo tot stand V10 (4)
V10: stal

Ik zie de laatste pakjes, en ik weet: het zal gaan slagen
Ik zet de laatste voeten neer, die elk presentje schragen V29 (6)
En durf me aan een jaarlijks concluderend woord te wagen:
Ik kom altijd weer terug naar Nederland!
V29: verzen (Voeten zijn versvoeten, en het gaat om de verzen, niet om het pakje.)