Combigram 2


Combi2

Oplossingen

H1 (6) + H14 (5): Zo vraagt een Duitser op de Veluwe kortaf naar de plaats / waar je géén luchtje kunt scheppen
WOEDE: De Duitser vraagt naar een plaats op de Veluwe, maar dat doet hij kortaf. Hij vraagt dus niet “Wo ist Ede?”, maar “Wo Ede?”
VACUÜM: Een vacuum is een luchtledige ruimte

H5 (11) + V11 (9): Er niet toe doend / geval
UITSLUITEND: Er niet (zijn; d.w.z. niet thuis geven) = uit. Toe doen = sluiten.
BUITELING: vallen = buitelen

H9 (3) + H10 (7): Vakmatig opgemaakt / circusartiestje
DIAGRAM: Een diagram is opgemaakt uit vakjes
VLO: het artiestje (klein dus) uit een vlooiencircus

H11 (9) + H18 (7): De aldus dagelijks actieve kloosterling / gaat over platgetreden paden
BREVIEREN: wordt dagelijks gedaan door de kloosterling
ROUTINE: bij routinewerk is steeds hetzelfde en gaat dus over platgetreden paden.

H13 (3) + H15 (7): Wat een mespuntje al kan opleveren / stelt niets voor
SNIJWOND: kan al worden veroorzaakt door het puntje van een mes
NUL: is het symbool voor ‘niets’.

H16 (14) + H20 (8): De kiesman / gaat zichtbaar over lijken
TANDARTS: de man die kiezen behandelt
SCHIJNVERTONING: lijken = schijnen..Een vertoning is zichtbaar. Een schijnvertoning gaat dus over ‘lijken’.

Verticaal:
V1 (13) + V15 (8): Notenbad voor het verstokte vlees / in de luchtvaart
SATÉSAUS: is gemaakt van noten. Het vlees dat er in gaat is op stokjes geregen
VLIEGSNELHEID: vaart = snelheid. Snelheid in de lucht = vliegsnelheid

V2 (3) + V12 (6): Willem, de man van goud, / wordt bezongen in de iepen
ZWIJGER: Willem de Zwijger. Spreken is zilver, zwijgen is goud.
UIL: Iepen zijn olmen. Daarin zat de uil die in het volksliedje wordt bezongen (“De uil zat in de olmen”)

V3 (4) + V7 (7): Ajax werd gespot als de witte / Gonzales uit Mexico
TORNADO: Het schoonmaakmiddel Ajax had ooit een bekende reclamespot waarin het werd vergeleken met een witte tornado.
MUIS: Speedy Gonzales, the fastest mouse in all Mexico

V4 (7) + V9 (9): Kan de hemel na regen zogezegd niet echt / lichter maken
VERZONNEN: zonnig worden zou je ‘verzonnen’ kunnen noemen. ‘Zogezegd’ verwijst naar de zegswijze “Na regen komt zonneschijn”. ‘Niet echt’ is verzonnen.
BEROVEN: (iemand) lichter maken = (iemand) beroven

V6 (8) + V8 (7): De kerel met het pak en de das / om bleek haar bekende kamerheer
SJAALMAN: verwijzend naar het beroemde “Het pak van Sjaalman”, oorspronkelijk uit de “Max Havelaar” maar nadien een uitdrukking geworden (zie van Dale onder ‘pak’). Een sjaal is een das.
WILDERS: Heer uit de (Tweede) Kamer die bekend staat om zijn gebleekte haar (en om heel wat meer…)

V17 (5) + V19 (3): Die Griekse figuur is met een beetje meer exact / minder dan een beetje
ÈTA: is een Griekse letter (= figuur) en blijft dat als je er een b vóór zet. Dan wordt het Bèta, wat staat voor exact(e vakken).
NIETS: een beetje = ’n iets. Niets is nog minder dan ’n iets